We willen alleen het beste voor onze paarden. Ze doen immers alles voor ons. We willen hen wat teruggeven. Maar moet je werkelijk alles proberen? Juist foutjes in de voeding veroorzaken vaak meer schade dan dat ze helpen. Bij onderstaande vier voedermiddelen dien je je eerst achter je oren te krabben en jezelf af te vragen of je lieveling dit werkelijk krijgt of dat je beter een alternatief kunt geven.

1. Appels voor paarden met maagzweren

Waarmee beloon jij je paard nadat het vandaag echt goed zijn best deed tijdens de training? Als jouw paard gevoelig is voor maagproblemen, zoals een maagzweer, moet je voorzichtig zijn met de keuze van de beloning. Appels zijn een welkome beloning voor ieder paard, maar juist een kwetsbare "maagpatiënt" kan heel gevoelig reageren op appels. De in appels aanwezige zuren en suikers kunnen de balans van de maag uit evenwicht brengen, wat kan leiden tot onaangename klachten. Natuurlijk speelt de hoeveelheid een rol - een appel per dag is over het algemeen geen probleem, maar waarom geef je de volgende keer niet een wortel of stuk biet als beloning? 

2. Gember - grote voorzichtigheid is geboden, vooral bij maagpatiënten!

Sinds ongeveer 15 jaar wordt gember in paardenvoedermiddelen gebruikt. De scherpe knol of het daaruit verkregen poeder zou een ontstekingsremmende, pijnstillende werking hebben. Zeker bij kissing spines, hoefkatrolontsteking, spat en andere vormen van artrose zou gember een gunstig effect hebben. Maar zoals bij vaker het geval is heeft ook gember een keerzijde. Zo kan het voeren van gember gedurende een langere periode leiden tot maagslijmvliesirritaties en koliek. Daarom is gember absoluut taboe voor paarden met maagzweren en paarden die last hebben van hun maag! Bovendien onderdrukt gember enkel de pijn en symptomen en maskeert zo de oorzaken, maar bestrijdt deze niet. Tevens dient vermeld te worden dat gember dopingrelevant is en daardoor minder geschikt is voor wedstrijdpaarden.

3. Luzerne - de deeltjesgrootte is doorslaggevend

Onder ons paardeneigenaren staat luzerne als waardevolle bron van voedingsstoffen bekend. Het is rijk aan licht verteerbaar eiwit, calcium en magnesium. Daarom zou luzerne de pH-waarde van de paardenmaag  bufferen en zo het maagslijmvlies beschermen tegen verdere irritatie. Dit heeft een positief effect op maagzweren. Luzerne wordt meestal gehakt of gemalen gevoerd. 

In een recente studie hebben wetenschappers uit Leipzig echter ontdekt dat met betrekking tot maagzweren aankomt op de deeltjesgrootte. Hiervoor kregen de paarden 14 dagen lang 1,5 kg gehakselde luzerne per 100 kg lichaamsgewicht. Ter controle hadden de paarden na een 16-dagen durende uitwasperiode 24 uur weidegang en werden ze met hooi gevoerd. Voor en na de twee verschillende voermethoden werden de paarden endoscopisch onderzocht. Er werd vastgesteld dat de paarden bij het antrum pyloricum (het eerste deel van de maaguitgang) na het voeren met gehakseld luzerne vermeerderde maagslijmvliesveranderingen vertoonden. Men kan er dus van uitgaan dat gehakselde luzerne door haar scherpe structuur geen bijzonder positief effect heeft op het maagslijmvlies, maar juist mechanische irritaties van het maagslijmvlies en dus ook laesies veroorzaakt.

Daarom dient luzerne, wat op zich een hoogwaardige voedingsbron is voor paarden, bij voorkeur als pellets (brok) of extrudaat te worden gevoerd. Dit geldt in het bijzonder voor paarden met een gevoelige maag. Want juist paarden met een maagzweer of die snel maagzweren ontwikkelen, hebben een zeer gevoelige maag waarvan het slijmvlies speciale bescherming nodig heeft. Bovendien moet vermeld worden dat de laesies van het maagslijmvlies  door de 16 dagen durende weidegang weer genazen. Dit toont aan dat een voortdurende ruwvoeropname en weidegang een positief effect hebben op de maag van onze paarden.

4. Lijnzaad voor paarden met maagproblemen

Lijnzaad is een populair supplement voor maagpatiënten en voor paarden die problemen hebben met de rui. Door hun slijm- en ballaststoffengehalte heeft lijnzaad een positief effect op het spijsverteringskanaal. De slijmstoffen van lijnzaad bekleden de maag- en darmwanden en hebben zo een positief kalmerend effect op het maagdarmslijmvlies. Dit bevordert op zijn beurt de voedingsstoffen opname. Het hoge vetgehalte en de verhouding van onverzadigde vetzuren leveren paarden energie en heeft een positief effect op de vacht. De lijnolie in lijnzaad heeft een hoog gehalte aan omega-3-vetzuren.  Deze drievoudig onverzadigde vetzuren neutraliseren arachidonzuur, een veroorzaker van vele ontstekingsprocessen in het lichaam. 

Het nadeel van lijnzaad is het gehalte aan cyanogene glycosiden. Dit zijn voorstadia van het giftige blauwzuur, dat in het lichaam in hun componenten wordt gesplitst door het enzym linase in lijnzaad. Tijdens dit proces komt blauwzuur vrij. Daarom wordt aangeraden om lijnzaad voor het voeren te koken, wat enerzijds een positief effect heeft op de slijmvorming, maar anderzijds ook de warmtegevoelige omega-3-vetzuren vernietigt. Door minimaal 10 minuten te koken wordt de linase gedeactiveerd, waardoor het met tussenpozen vrijkomen van blauwzuur in het darmkanaal wordt voorkomen. Als lijnzaad ongekookt wordt gevoerd, mag een hoeveelheid van 100-120 g per dag niet worden overschreden. Ongekookt dient lijnzaad gemalen gevoerd te worden om de waardevolle inhoudsstoffen beschikbaar te stellen voor het paard.

Een alternatief voor het klassieke donkere lijnzaad is geel lijnzaad, ook bekend als gouden lijnzaad. Dit bevat minder blauwzuurhoudend glycoside, maar is ook minder rijk aan omega-3-vetzuren.